Artikel

 

Zoonen, Jaap van (1901-1984)

Van slager en journalist tot voorvechter van de Westfriese Markt

Geboren op 2 mei 1901 op Terdiek. Overleden op 8 december 1984 in Oude Niedorp.

Jonge jaren en opleiding
Jacob van Zoonen, roepnaam Jaap, werd geboren op 2 mei 1901 op Terdiek, in de slagerij van zijn ouders. Enkele jaren later verhuisde hij – met zijn vader Arie van Zoonen en zijn moeder Elisabeth Koster – naar een slagerij in Oude Niedorp.
Daar bracht hij zijn jeugd door. Ging hij naar de openbare lagere school van meester Woutman. Toen die in het begin van de jaren twintig wegens gezondheidsproblemen ontslag nam, zorgde hij samen met zijn neef, Jaap van Zoonen Dirkzoon, voor een passend afscheid. Na de lagere school volgde hij de ulo-school en een handelsschool en tenslotte de opleiding voor de gemeenteadministratie. Daarvoor slaagde hij in 1922. Van Zoonen had toen al in Zaandijk gewerkt en solliciteerde vandaar naar Enkhuizen. Hij zou aangenomen worden op een salaris van ƒ 800,-- per jaar, maar toen hij daarmee akkoord wilde gaan, kreeg hij te horen dat de haringstad maar ƒ 700,-- kon betalen. Hij liet weten dan niet te komen. Tegen zijn vader zei hij dat hij de hele ambtenarij eraan gaf en bij hem in de slagerij kwam werken. Het was voor zijn vader onbegonnen werk om hem dat uit het hoofd te praten. Of het feit dat hij verkering had gekregen met een meisje uit Nieuwe Niedorp, Dina Aalbregtse, en dan dichter bij haar bleef, daaraan heeft bij gedragen, is onbekend. Samen met haar betrok hij in 1928 een nieuw voor hen gebouwd huis, eerst Dorpsstraat 18, in 1950 omgenummerd tot 50, in Oude Niedorp. Daar leefden ze samen in een gelukkig huwelijk, meer dan 55 jaar.

Hobby's
Van Zoonen werkte in de slagerij in Oude Niedorp van 1923 tot 1946 en kon daardoor gemakkelijk zijn vele hobbys uitoefenen. Hij was in de jaren twintig enige tijd competitieleider van de Westfriese Voetbalbond. Hij richtte in Nieuwe Niedorp de arbeiderstoneelvereniging Kunst na Arbeid op. Alleen of samen met zijn vrouw Dien speelde hij vele rollen tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Ook hoorde hij in die tijd tot de oprichters van de afdeling Nieuwe Niedorp van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling. Samen met Dien en andere leden van de familie Van Zoonen was hij actief in de rooie familie en was ook het werk voor en van de SDAP hem niet vreemd. Het Troelstra-oord in Beekbergen ervoer hij als een prachtige ontspanning.

Jaap van Zoonen was een all-round man. Door zijn studie had hij de Franse taal onder de knie gekregen. Elk jaar las en herlas hij in de wintermaanden Sans Famille (Alleen op de Wereld). Hoewel hij geen vakantievierder was, maakte hij met vrienden al in 1921 een reis langs de Rijn en schreef hij naar huis getuige geweest te zijn van de gevolgen van een ramp in Ludwigshafen. Hij leerde in de jaren twintig en dertig ook fotograferen, ging elke zondagochtend te vissen, tuinierde, en schreef toen al. Zo is er een prachtig verhaal van hem, geplaatst in De wandelaar van Pasen 1939, over een bezoek aan de reigerkolonie in de Moerbeek. Het is verluchtigd met illustraties van het schoolhoofd van Oude Niedorp, Max Wolthuis.

In de politiek
Van Zoonen was sociaal bewogen. Hij wilde het dorp op een hoger plan brengen en ging mee doen aan de plaatselijke politiek. In 1926 werd hij in de raad gekozen Een raad die in meerderheid katholiek was, maar het ging hem om het belang van allen. Vandaar dat ze hun protestantse groepering ‘Algemeen Belang’ noemden. Zo werd hij in 1932, met de steun van de katholieken, wethouder. Dat bleef hij tot 1939. Toen veranderden de verhoudingen doordat de katholieken weer aanspraak maakten op twee wethouders.

Hoogtepunten in zijn politieke leven voor de oorlog waren er verschillende. Bijvoorbeeld de aanleg van zwembad 't Skarpet als een werkverschaffingsproject en de vernieuwing van de openbare lagere school midden in 
t dorp.

Oorlogstijd
De oorlog brak uit. De Duitse bezetter maakte in 1942 definitief een einde aan het raadswerk door alle gemeenteraden op te heffen. Voor het Instituut voor Arbeidersontwikkeling slaagden de bestuurders uit Nieuwe en Oude Niedorp erin tot in 1942 sprekers te laten komen. Over allerlei onderwerpen. Talrijke lezingen werden op zondagochtend bijgewoond in de bovenzaal van De Rode Eenhoorn. Onvergetelijk.
Toen de oorlogssituatie ernstiger werd en men zich moest aanmelden bij de Kultuurkamer is dat geen ogenblik overwogen. Dat blijkt nog uit een verklaring voor het Militair Gezag die hij in 1945 ondertekende.
In het laatste oorlogsjaar werd hij hoofd van de centrale gaarkeuken voor het hele dorp, uitgevoerd in de slagerij. Hoe ze het voor elkaar kregen is onbekend, maar er was altijd eten over. Voor de velen die vanuit de grote steden Oude Niedorp aandeden op hun weg terug naar huis was er altijd wel een hap eten voor ze verder trokken.

In de journalistiek
In die tijd sprak hij wel eens over de na-oorlogse tijd. Hij liet weten dan niet meer in de slagerij te willen werken. De mensen zijn nu met alles tevreden, maar zullen dan weer zeggen “slager wil je volgende keer zorgen dat er geen randjes vet aan het vlees zitten”.
In zijn achterhoofd zat toen al de gedachte de journalistiek in te gaan. Die mogelijkheid deed zich voor toen hij in 1945 in contact kwam met Poldervaart in Schagen. Die was directeur van Sprekend Papier en zette de eerst illegaal uitgegeven Nieuwe Schager Courant voort en trok hem aan als medewerker. Zo kwam Jaap van Zoonen bij de krant. Op 18 februari 1946 werd voor het eerst een aflevering geplaatst van zijn rubriek ‘Nuuws uit de Skeerwinkel’. Kort daarna kwam Poldervaart, toen het verschijningsverbod voor de oude Schager Courant was opgeheven, tot overeenstemming met de directie van de toen nieuw geprojecteerde Verenigde Noordhollandse Dagbladen en werd de Nieuwe Schager Courant voorgezet als Schager Courant.
Jaap van Zoonen werd toen chef-redacteur voor Schagen en omgeving. Hij continueerde zijn wekelijkse rubriek ‘Nuuws uit de Skeerwinkel’. In 1977 stopte hij daarmee. 1500 keer had hij er één geschreven. Geen een heeft hij er bewaard. Wel zijn vrouw, zodat er nog enige zijn. Maar het is soms moeilijk ze in deze tijd nog goed te begrijpen. Ze werden vaak geschreven over de politiek actuele gebeurtenissen in de dorpen of Schagen zelf van dat moment, en hadden een grote lezerskring.

Westfriese folklore
Hij bleef in Oude-Niedorp wonen en tufte, als het nodig was elke dag, met zijn Solex naar Schagen of naar de omliggende plaatsen voor interviews. Zon rit maakte hem fris, zei hij.
Zo lanceerde hij de eerste publicaties over de mogelijkheid Schagen in het Westfriese pak te krijgen. Zijn eerste artikel daarover dateert van 20 augustus 1953. Duidelijk spreekt daaruit zijn vertrouwen in herstel van de Westfriese Folklore, getuige de slotregels: “Laten we samen trachten te veroveren nieuw gebied. In de plaats van het oude, dat buiten onze schuld verloren ging”. De jubileummarkt in augustus 1954, ter gelegenheid van het jubileum van de marktkooplieden Vos en Zomerdijk, was de eerste markt in Westfries kostuum. Toen de markten er eenmaal waren en stromen kijkers trokken, had Jaap van Zoonen in zijn krant de rubriek: ‘Gezichten en gezegden op de Westfriese Markt’.
Hij interviewde bij voorkeur mensen uit het buitenland. Dat was zeker in de jaren vijftig, toen het buitenland oneindig ver weg was, een rubriek die door iedereen werd verslonden.
Om de diverse activiteiten te stroomlijnen werd in 1958 opgericht de ‘Stichting Bevordering Westfriese Folklore’.
Van Zoonen bleef de ontwikkeling van de Westfriese markt op de voet volgen. Na zijn pensionering in 1964 kwam hij nog vaak naar Schagen om in Westfries kostuum mee te lopen in de optocht. In 1981 was hij op tachtigjarige leeftijd nog een keer van de partij. De benen wilden niet zo goed meer, dus hij zat in een van de wagens en bekeek vergenoegd de grote drukte. Hij zei toen: “Zoals het is gegroeid, daar ben ik van onder de indruk. Zoveel volk op de been en dan die wagenloods bij Vreeburg. Ik vind het werkelijk groots”.

Met pensioen
Toen Van Zoonen met pensioen ging, kreeg hij een geweldige afscheidsreceptie van de directie van de Schager Courant. Maar hij bleef schrijven. Voor het Noordhollands Dagblad kwam er bij de rubriek ‘Tussen Hoogzij en Laagzij’. ‘Nuuws uit de Skeerwinkel’ bleef zon 40 jaar lang tot in 1977 in de Schager Courant verschijnen. Het Historisch Genootschap Oud West-Friesland eerde hem voor zijn activiteiten ten bate van de Westfriese taal en folklore op 3 september 1977 met het Ere-Diploma ‘uit erkenning en waardering voor bijzondere verdiensten’.

Weer in de politiek
Na het einde van de oorlog, in mei 1945 voor Nederland, werd Van Zoonen in augustus benoemd tot lid van de noodgemeenteraad die voor een jaar werd aangewezen. Daarna werd hij in 1946 weer tot raadslid gekozen. Dat bleef hij tot 1958. Hij was in die periode ook wethouder. Een intern conflict, was voor hem toen aanleiding zijn ontslag te nemen. Hij kwam nog één keer terug. In 1966. Niet, zoals zovaak geschreven wordt, voor de PvdA, maar voor Algemeen Belang. In 1970 stelde hij zich niet herkiesbaar. Militant bleef hij, tot in zijn laatste vergadering.

Jaap van Zoonen viel nooit in een diep gat. Al voor de oorlog raakte hij betrokken bij het werk van het Witte Kruis. Meer dan 35 jaar zette hij zich er voor in. Het leidde in 1972 tot de bouw van een gezondheidscentrum in Nieuwe Niedorp. Hij ontving er de zilveren kruis-medaille voor.

Op zijn verjaardag op 2 mei 1976, toen hij 75 werd, kwam burgemeester Anker hem als waardering voor zijn optreden in en zijn inspanning voor de dorpsgemeenschap een wandbord brengen als waardering. Het hangt nog steeds bij zijn zoon thuis.
Toen enkele maanden later de opening van het nieuwe gemeentehuis van Niedorp aan de orde was, kwam dezelfde burgemeester Anker hem vragen de inleidende woorden te spreken tot de Commissaris van de Koningin voordat die de openingshandeling zou verrichten. Hij was daar trots op. Het werd een toespraak in het Westfries, officieel in de notulering vastgelegd.

Revue en musical
Ondertussen bleef Van Zoonen in het nieuws. Voor de Anna Paulowna Polder schreef hij een revue voor het 100-jarig bestaan van de gemeente. Voor het nieuwe Veerburg enkele jaren later een musical voorafgegaan door een kleine schets, ‘de Vijfling van het Viscollege’. En ook voor de 125-jarige Hollandsche Maatschappij van Landbouw te Wieringerwaard etaleerde hij zijn schrijverskwaliteiten.

Restauratie Nederlands Hervormde Kerk
Tenslotte is vermeldenswaard hoe Van Zoonen zich heeft ingezet voor de restauratie van de Nederlands Hervormde Kerk van Oude-Niedorp.
De kerk was in 1953 vervallen en moest gerestaureerd worden. Daar had men een krachtdadige president-kerkvoogd voor nodig. Hij noch zijn vrouw waren echter lidmaat. Daar was wat aan te doen. In het familiearchief bevinden zich nog de bewijzen hoe hij en zijn vrouw op 1 maart van dat jaar belijdenis aflegden en het werk kon beginnen. Subsidies kwamen los. Zo werd in 1954 de hernieuwde kerk in gebruik genomen.
De verbijstering was groot toen in april 1977 de bolbliksem insloeg en het kerkgebouw deed worden tot de ruïne waarin deelnemers aan de NHD-Zomertoer 2011 zich verzamelden om te luisteren naar de plannen voor consolidatie van de bouwval. Met anderen had Jaap van Zoonen geijverd voor volledig herstel. Dat was niet gelukt. Zijn krachten waren op.
Zeven jaar na de verwoesting van de kerk overleed hij op 8 december 1984.

Publicaties
J. van Zoonen, Paschen. Met krabbels van M.J. Wolthuis.
In: De Wandelaar, 11e jaargang, grasmaand (april) 1939, pag. 114-117.
Jaap van Zoonen, Alle artikelen in de Nieuwe Schager Courant en de Schager Courant tussen 1946 en 1964, en de rubrieken ‘Nuuws uit de Skeerwinkel’ en ‘Gezichten en gezegden op de Westfriese Martkt’ van 1946 tot 1977.
Figaro, Nuuws uit de skeerwinkel.
In: West-Frieslands Oud en Nieuw, 1971, pag. 119-123.
(De redactie van het jaarboek wil het jubileum van 25 jaar Nuuws uit de skeerwinkel herdenken door Figaro in dit jaarboek zijn nuuws te laten vertellen)
Jaap van Zoonen, De roemruchte jaren van de Westfriesche Voetbalbond.
In: West-Frieslands Oud en Nieuw, 1984, pag. 151-155.

Literatuur
Hans Rijswijk, Zestig jaar rederijken in West-Friesland.
In: West-Frieslands Oud en Nieuw, 1984, pag. 160-170.
Piet Verduyn en Corrie Cramer-Keijzer, 40 jaar Westfriese Folklore.
Uitgave Stichting Westfries Folklore, Schagen, 1993. Pag. 10-12, en verder passim.

Gegevens aangeleverd en bewerkt door: Arie van Zoonen te Hoorn (2012).

 

Dit artikel is met goedvinden en in dank overgenomen uit het Westfries Biografisch Woordenboek