• Geheugen van Schagen, 600 jaar stads­geschiede­nis
  • His­torische Verenig­ing Schagen
Menu
  • Over ons
  • Artike­len
  • Video’s
  • Audio’s
  • Afbeeldin­gen
  • Links
  • Nieuws
  • Con­tact
  • Inzen­den
  • Toon alles
  • Voor Chr.
  • 0000 — 1000
  • 1000 — 1400
  • 1400 — 1500
  • 1500 — 1600
  • 1600 — 1700
  • 1700 — 1800
  • 1800 — 1900
  • 1900 — 2000
  • 2000 — 2100
  • Ontwik­kelin­gen
  • U bevindt zich hier:
  • Home >
  • Artike­len >
  • 1500 — 1600 >
  • Belastin­gen 2

Belastin­gen 2

  • Afdrukken
  • Artikel
  • Bron­nen
  • Reac­ties
  • Artikel
  • Bron­nen
  • Reac­ties

Artikel

Zolang en voor zover er schriftelijke bron­nen bestaan over gebeurtenis­sen en feiten betr­e­f­fende Scha­gen, gaan die voor een deel ook over de belastin­gen die inwon­ers van Scha­gen moesten betalen. Dat zijn geen panama­pa­pers, dat niet. Wel komt er af en toe in tot uit­drukking dat de inwon­ers van Scha­gen het slecht had­den, veel kosten moesten maken voor van alles en nog wat en dus … drin­gend ver­zochten om clemen­tie als het aankwam op het betalen van bedes, tien­den en andere hen opgelegde belastin­gen. Er is wat dat betreft weinig nieuws onder de zon.

In 1544 moesten ook de inwon­ers van Scha­gen de tiende pen­ning betalen. Voor de eerste keer. De Keiz­er­lijke Majesteit Karel V had veel geld nodig voor zijn oor­logen. En hij kon die niet meer bekosti­gen door mid­del van bedes, dat maakte hem te afhanke­lijk van de grillen en ver­lan­gens van de ste­den en gewesten. Hij voerde een algemene belast­ing in die door al zijn onder­da­nen moesten wor­den opge­bracht.

Het ver­slag – quo­hier, kohier, leg­ger, reg­is­ter genaamd — waarin meld­ing gemaakt wordt van wat iedereen bezit en moet betalen laten de schep­e­nen vooraf­gaan door een algemene klacht over de sit­u­atie waarin Scha­gen ver­keert. Die volgt hieron­der. Telkens wan­neer er een woord dat of zin­swend­ing in staat die prob­le­men zou kun­nen oplev­eren voor de lezer, staat er tussen haak­jes een korte verk­lar­ing achter.

Verclaringe vande getaux­eer­den (getax­eerde) ende ange­brochte lan­den mits­gaders (… = woord onlees­baar door inwerk­ing van vocht) immo­bele ende onroerende goed­eren bijn­nen (bin­nen) den banne ende bedri­jve van Sca­gen (…) nopende ende der nyewe imposten van ’t Recht vande thien­den pen­ninc (…) naer­vol­gende tac­cordt (het akko­ord) bij­den staten slants van Hol­lant de Key Mat geat­tes­teert (?…) ende die plac­caten daer op geex­pe­dieert (uit­gevaardigd).

Dese voor­sei­jde verclaringe es gedaen bij­den gerechte ende gede­puteer­den van Sca­gen bij (in, met) geheele ende halve geersen ende sneesen daer de selve van Sca­gen altijt bij (mee) reke­nen /​ende dat nae de maete ende gewoonte van­dien welver­staende de twael­eff sneesen maeken een gers ende drye (drie) geersen een mor­gen /​Ende van geli­jcken maecken een mor­gen ses ende der­tich
sneesen /​als nae de maete van geestmer­am­bocht

Dese selve banne van Sca­gen es groot omtrent veerthien hon­dert ende tne­gen­tich mor­gen lants onder hooge ende laege lan­den te weten zaey­lan­den (akkers, zaai­lan­den) /​bijn­nen­lan­den (bin­nendijks gele­gen lan­den) /​sandt­landen /​meer lan­den (droogge­maakte lan­den) /​laege kaech­landen (bui­tendijkse of inge­pold­erde stukken land) /​ryedt (riet) ende heen (riet) lan­den bui­jten den mollen caey­di­jcken (molen kadedijken= kade-​achtige dijken) gelee­gen /​Rondts omme gedi­jckt met zeer swaere dijck­aed­sen (dijken, dijk­ag­iën) daer den souten zeed­i­jck es streck­ende al langes de gehee­len banne aen­den noortz­i­jde wel omtrent een ende twin­tich hon­dert ende twee ende tses­tich roe­den (± 3,5 m) zeed­i­jck de wel­cke alle gemaect ende gerepeert (her­steld) wert eens­deels van bui­jtens­di­jcx maer tandere aerdt zoe­den ofte ryedt bui­jten voor­sei­jde banne (eens­deels met slik van buiten de dijk, maar anderdeels met aarde, zoden of riet van buiten de banne van Scha­gen) /​zon­der nochtans eeni­gen ryedt ofte zoedt ! gelt te betalen .

Alzo dat de selve banne dagelicx tryedt (het riet) off gemaeyt ende tlant ver­dol­ven ende ont­grondt (afge­graven en ont­grond) en wert /​tot groote prej­u­di­cie (nadeel) scade ende ach­ter­deel (nadeel) van die van Sca­gen ende tot ver­min­deringe (nadeel, beschadig­ing) vande sel­ven banne voor­seijd.
Ende want een yegelick eij­ge­naer ende hui­js­lui­j­den van de lan­den gelee­gen bijn­nen Sca­gen alle haeren eij­gen zeed­i­jck maecken ende repeeren (her­stellen) Soe en es niet wel mogelicken te este­meeren (schat­ten) ofte taux­eeren de las­ten en oncosten vande sel­ven zeed­i­jck (die last en onkosten zijn dus hoog).

Maer de selve oncosten over genaempt (boven genoemd) zijnde naer onze beste weten­scap soe es de las­ten ende oncosten van­den zel­ven zeed­i­jck voor­seijd zoe veel ofte meerder dan onze Scager hui­j­gendi­jck /​dien wij sin­gu­laeren (par­ti­c­uliere) per­so­nen doen maecken ende besteedt (uitbesteed) hebben zoe (zoals) hier nae ver­claert staet

Te weten dat die van Sca­gen hebben ton­der­houden (moeten onder­houden) hon­dert vijfthien roe­den ende negen voeten van­den zwaeren bepaelden hui­j­gendi­jck /​gele­gen bijder stede van Alcmaer tot beswaernisse (ter bescherming tegen) van twa­ter van­den Scher­meer.

Ende es de selve hui­j­gendi­jck int voorleden jaere bij­den roede besteedt geweest alse noch es (zoals dat nog het geval is) ende heeft die van Sca­gen gecost van teer­bei­jts looen (het arbei­d­sloon) van aerdtwerck /​ryedt werck ende andere repatie (her­s­tel) vande pae­len ende gordi­jn­gen (gordin­gen) op elcke roede vijf karoli gulden ende seven stu­u­vers Maer daer en boven op andere jaeren heeft de selve hui­j­gendi­jck gecost op een jaer van elcke roede negen Karoli gulden iij stu­u­vers.

Ende hebben noch ton­der­houden aende zui­jt­si­jde van Sca­gen ses­tien­hon­dert vijff ende tachtich roe­den dijcx genaempt die zui­jder dijck gele­gen tot defen­tie ende bescer­misse vande zui­jder wateren (= de Schager­waard) Dewel­cke zui­jder dijck voor­seijd oick vande Scout en Scepe­nen van Sca­gen bescouwt (geschouwd, gekeurd) wert ende vande eij­ge­naers ende hui­js­lui­j­den gemaect onder­houden ende gerepeert (her­steld) wert als als voren vande zeed­i­jck geseijt ende gespro­cen es.

Ende voorts wert noch de selve ban ende lan­den van Sca­gen onder­houden met drije groote water­moe­lens /​dien alle zeer swaer­licken (ten koste van grote inspan­ning) becaeijt ende bedi­jct zijn /​wel met omtrent vier en veer­tich hon­dert roe­den caei­jdi­jck dien oick bij­den eij­ge­naers ende gebrui­jck­ers vande lan­den bijn­nen Sca­gen alle sjaer dien de somers ende oick beson­der des win­ters gerepeert (her­steld) ende gemaect moeten wer­den.

Over­mits (omdat) de xiiij groote water­moe­lens van Oude ende Nyewe Nye­dorp /​Winckel Barsinge­horn ende Her­inchui­jsen /​Bur­chorn ende Sca­gen sel­ven moeten malen ende dat alle te samen nae de slui­jsen van Colle­horn /​In die wateringe (sloten, waters) die bijn­nen slants bui­jten die mollen– ofte caei­jdi­jcken zijn /​die alle zeer wei­jnich nauwe ende enge (behoor­lijk breed dus) zijn,
Soe gebuertet dick­mael bij oost­ewinden ofte hooge vloe­den van twaeter van­der zee dat de voor­sei­jde drije sluisen in acht dagen somti­jts in xij (12) dagen niet op en con­nen ger­aken (niet open gedaan kun­nen wor­den) van twa­ter (door het water) van­der zee – Alzoo dat de waterin­gen daer de voor­sei­jde xiiij water­moolens inne mae­len – alzoo zeere ver­volt wer­den (gevuld wor­den) van ’t opge­malen water dat die mol­lendi­jck ofte caei­jdi­jcken overlopen/​ende alzoo van twa­ter te nyet (kapot) ende slecht (vlak, laag, dus onbe­trouw­baar) gemaect wer­den. Beson­der dat de tmeeste es (wat het erg­ste is) dat de water­mollen van Bur­chorn duer (door) ofte omme Sca­gen ende Barsinge­horn tuss­chen den zeed­i­jck ende mol­lendi­jcken (= via de dijk­gracht dus) moet wateren ende oick die van Sca­gen ende Barsinge­horn tlaech­ste (het laagst gele­gen) lant hebben ende naest de slui­jsen van Colle­horn gelee­gen zijn (waar­door ze het meeste water moeten bergen)

Daeromme en es niet wel te estimeeren (schat­ten) ofte taux­eren wat (welke) oncosten bij gelicken jaeren souden mogen gevallen (kun­nen drukken) opten (op de) voor­sei­jde drye moolens ende mollendijcken/​inni­jge (bin­nen) wee­gen /​waterin­gen tot (naar) de mollens/​ende andere slooten /​straten/​bruggen ende bru­gooren (bru­goor is het deel van de brug dat de brug met de wal verbindt) ende dies gelicke andere oncosten den gront raek­ende (waarschi­jn­lijk niet let­ter­lijk bedoeld, dus: waarom het eigen­lijk gaat) want de voor­sei­jde mol­lendi­jcken bij som­mi­jge jaeren op elke roede zoe veel of meer oncosten hebben als den zeed­i­jck bij gelicke goede jaer­ren

In dit doende hebben wij noch bevon­den dat meest alle die beste lan­den ver­set (in andere han­den overge­gaan) ende ver­coft zijn /​als (wat blijkt uit het feit dat) wij hebben bevon­den dat onze inwo­nende poo®ters bijn­nen Sca­gen bruijken (gebruiken) vrij eij­gen lan­den omtrent twee hon­dert drije ende vijftich mor­gen vrij lant ach­ter­deel (het min­ste, hier kle­in­ste (?) deel) somma 12675 karolij gulden ander reste vande eij­gen lan­den dien veel voor hui­jer lan­den (pacht lan­den) gescreven zijn /​als wij van elcke sin­gu­laeren per­soo­nen bevon­den hebben te samen bedra­gende de somme van twee ende vijftich dui­jsent hon­dert vijf en tseeven­tich (zeventig) karolij guldens

Daeromme zoe wer­den de lan­den gebrui­jckt bij onsen poo®ters alleen hebbende de naem
ende dat gebrui­jck maer de eij­gen­dom behoort toe den gee­nen die de bri­jven (akten) opte voor­sei­jde
lan­den ver­ob­lig­eert zijn (aansprake­lijk gesteld, als onder­pand gebruikt) (het gaat hier om lan­der­i­jen in het bezit van anderen, maar gepacht door Scha­genaren)

Noch betae­len die van Sca­gen tot attribui­jtie (bij­drage) vande Honts­bosche drije ofte vier mael jaers zoe dat gebuert ten­min­sten dri­je­mael op elcken mor­gen drije groot (stan­daard­munt van een bepaalde waarde) elcke rei­jse (keer) tbedraecht (het bedraagt) elcken rei­jse 112 k 10 st Somma 450 k gulden

Noch tot mijn­sheeren viss­cher­ije pen­nin­gen tsjaers ten min­sten 151 k gulden noch staet op tdorp van Sca­gen ende water­molens als after in deze qohi­jere gescreven es tsjaers aen los– ende lijfrenten 307 k gulden

Noch es ongerekent (nog niet meegeteld) d’ordinaris ende extra­or­di­naris (de gewone en buitenge­wone las­ten) des kei­jser­lijken majestei­jts bedra­gende dese verleden jaere tsamen dui­jsent dri­je­hon­dert ende vijftich karolij guldens 15 stu­i­jvers Ende noch ongerekent die thien­den met­ten ranssoene (opgeld waarmee de tien­den wor­den ver­hoogd) bedra­gende tsamen tsjaers de somme van seven hon­dert een en twin­tich karolij guldens als after (achter) in desen quoi­jre (reg­is­ter, leg­ger) breder met goe­den spec­i­fi­catie ver­claert staet.

Bronnen

Reacties

Spon­soren:

Gorter Luiken
Westhuis
Veko
Klitsie parket
Havana
Gorter Holding
BDO
Jan Rozing Mannenmode
Zwaan & Schouten
Rotary
Heeren van Scaghen
GEO architecten
Emogy Marketing- en reclamebureau
Gemeente schagen
Het Zijper Notariskantoor
CineMagnus Bioscoop Schagen
Bejo zaden
Burghorn
Rabobank Kop van Noord-Holland
Joomla Mod­ules Joomla Tem­plates
  • Emogy-site
©2023 Het Geheugen van Scha­gen | design www​.emogy​.nl