Artikel

De kenmerkende piramidevorm van de Noordhollandse boerderij is in hoofdzaak onder invloed van weer en wind ontstaan. De middeleeuwse boerderijtjes waren nog langgerekt. Ze bestonden uit een woonhuis met daarachter een stal en aan het eind een losse hoop hooi, die bij wind alle kanten op waaide en bij regen drijfnat werd. Men begon het hooi te omtimmeren en maakte er een dak boven. Zo ontstond achter het huis een overkapte hooiberg, die hoog boven het dak uittorende. Uitbreidingen als de dars werden tegen de hooiberg aangebouwd en zo kwam de hooiberg meer in dan achter de boerderij te staan. Omstreeks 1600 vormde zich op die manier de Noordhollandse stolpboerderij.

Het huidige grondgebied van de gemeente Schagen telde ooit maar liefst 130 stolpboerderijen, waarvan er zo'n 15 in de oude stadskern stonden. De meest bekende daarvan is nog altijd te bewonderen aan de Loet op nummer 14. In de oudste bewaard gebleven akte, van 30 december 1677, wordt deze boerderij beschreven als 'woning en bouwhoff' met plusminus 22 hectare land. Aan de hand van diverse overdrachtsakten kan worden aangenomen, dat het pand tot 1920 als boerenplaats in gebruik was en toen kwam leeg te staan. Het perceel grensde aan de oostzijde aan een groot stuk gemeentegrond, met daarop onder andere de openbare lagere school, de departementale bewaarschool en de gemeentelijke onderwijzerswoning. Burgemeester en wethouders, die een groei van Schagen voorzagen, vonden het een gunstig moment om ook de gemeentegrond uit te breiden. Raadslid Helder stelde met een vooruitziende blik dat de boerderij oudheidkundige waarde had en dus voor de gemeente bewaard diende te blijven. De voormalige boomgaard zag hij geschikt als tentoonstellings-, sport- en kermisterrein. Op 31 december 1921 besloot de gemeenteraad om het perceel met huis, schuur, erf en boomgaard, gezamenlijk groot 60 are en 39 centiare, aan te kopen van notaris Vrijburg te Schagerbrug voor de som van 12.000 gulden. Vrij naar de laatste particuliere eigenaar kreeg de oude hoeve de naam Vreeburg.

Vanaf 1930 is het woongedeelte van Vreeburg met tussenpozen aan gemeenteambtenaren verhuurd geweest. Na WOII werd de boerderij verbouwd tot kantoor van Openbare Werken, dat ervan gebruik heeft gemaakt tot het idee opkwam om de zeventiende-eeuwse stadsboerderij in zijn oude glorie te herstellen en geschikt te maken als museum.

vreeburg 1

De restauratie is in fasen uitgevoerd tussen 1968 en 1985. Tot het museum behoort ook een oude hoef- en wagensmidse. Recenter werd de oude wagenloods vervangen door een rijtuigmuseum, dat in 2008 in gebruik is genomen als permanente toonzaal van de vele antieke rijtuigen van de Stichting Westfriese Folklore. Tegelijk werd de geheel gerenoveerde, achter Vreeburg gelegen, Muziektuin weer voor het publiek opengesteld. Museumboerderij Vreeburg staat te boek als rijksmonument.

vreeburg 2