De ‚Vereenig­ing tot het houden van Jaar­lijkse Paascht­en­toon­stellin­gen van Vee te Scha­gen’ is een ini­ti­atief van de Purmerendse vee­han­de­laar H. de Leve. Hij ver­zond op eigen kosten een hon­derd­tal uitn­odigin­gen voor een bijeenkomst op 30 maart 1893 in het Noord­hol­land­sch Koffiehuis aan de Gedempte Gracht. Op de agenda: ‚Het bespreeken van de belan­gen voor de verkoop van vee in Scha­gen’. Aan­wezig waren der­tig geïn­ter­esseer­den. In zijn open­ingswo­ord liet De Leve zich ont­vallen dat ‚het hem leed deed dat zo’n klein getal belang­stel­len­den was opgekomen’. Dat leed bleek te overzien. Aan het eind van de avond kon een bestuur wor­den gevormd, dat zich zette aan de organ­isatie van een dag die Scha­gen regionale en, in krin­gen van vee en vlees, lan­delijke bek­end­heid zou brengen.

De eerste Paascht­en­toon­stelling werd een jaar later gehouden, op woens­dag 14 en don­derdag 15 maart 1894. De Schager Courant, die des­ti­jds op zondag en woens­dag ver­scheen, kwam dit keer op don­derdag uit voor een terug­b­lik heet van de naald. ‚Zoo is dan ein­delijk dit voor Scha­gen en Omstreken begeerde en tot werke­lijkheid gewor­den Land­bouwfeest ongetwi­jfeld tot aller tevre­den­heid afgeloopen.’ Hulde werd toegezwaaid aan het bestuur. ‚Zoolang Scha­gen zulke man­nen onder zijn inwon­ers telt, kan het der gemeente niet dan wel gaan’.

Een tra­di­tie was geboren, want de paasvee­ten­toon­stelling in Scha­gen werd een jaar­lijks terugk­erend even­e­ment, waar behalve vee en pluimvee ook land­bouww­erk­tu­igen, agrarische ben­odigdhe­den en waren van aller­lei andere aard wer­den aange­bo­den. Het wed­stri­jdele­ment in de veekeurin­gen zette aan tot felle con­cur­ren­tie onder zowel fokkers als slagers en bracht de win­naars veel pres­tige. Bekroonde dieren wer­den door de slagers, die ze had­den gekocht, vóór de slacht aan de klanten in hun dorp of stad ten­toongesteld. Sinds de jaren ’60 mest een aan­tal slagers als hobby ook zelf pri­jsvee af. Door ver­be­ter­ing van de keiz­er­snede­tech­niek kwa­men de dik­billen op, run­deren met veel en mals vlees. Naast rund­vee wer­den ook paar­den, schapen en vette varkens getoond en gekeurd.

Anno 1993 waren er nog maar tien plaat­sen in Ned­er­land met een paasvee­ten­toon­stelling, alleen in Scha­gen in de open lucht. Wegens veeziek­ten en strenge over­hei­ds­maa­trege­len wor­den de ten­toon­stellin­gen steeds schaarser. De Paascht­en­toon­stelling in Scha­gen lijkt er niet onder te lij­den. Elk jaar weer trekken tien dagen voor Pasen drom­men mensen naar de Schager Markt, is het niet voor het vee dan toch voor de gezel­ligheid. Voor velen is ‚de Paasvee’ een weerzien met vrien­den en oude bek­enden. De horeca heeft een topdag en is de hele dag in touw, net als de poli­tie. Want waar gedronken wordt valt ook te dweilen.

In 2007 schonk het bestuur van de ‚Vereenig­ing’ aan Scha­gen een bronzen beeld op ware grootte van een dik­bil­stier, ver­vaardigd door de Wieringer­waardse kun­ste­naar Simon War­de­naar. Het beeld staat op een steen­worp afs­tand van de Markt, waar het alle­maal begon.