Artikel

In het jaar 1868 brachten de auteurs Jacob van Lennep en Jan ter Gouw onder de titel 'De Uithangteekens' een geschiedkundig standaardwerk uit over de afbeeldingen en teksten op uithangborden, gevelstenen etc. waar dan ook in Nederland. Ter voorbereiding op dit immense werk hadden zij, schriftelijk en in dagbladen en tijdschriften, de Nederlandse bevolking gevraagd bronmateriaal in te zenden. De auteurs werden overstelpt met reacties. Onder de talloze organisaties en personen die bouwstenen voor het boek hebben aangeleverd staat op pagina 14 vermeld Gerhardus Langenberg. Kan dit de Gerhardus Langenberg zijn geweest die tussen 1878 en 1889 burgemeester van Schagen was? Waren het andere stadsgenoten? In elk geval heeft Schagen het aan de toenmalige inzender(s) te danken dat in dit 991 pagina's tellende, vermakelijke, boek de volgende vermeldingen zijn opgenomen.

Pagina 178:
Zoo kwam te Amsterdam al in de 17de eeuw op 't Rok-in bij de Beurs een koffiehuis de Beurs, nevens de Nieuwe Kerk, waarvan de toren in de steek bleef, een Onvolmaakte Toren, en bij 't Postkantoor de Koerier. Herbergen, bij markten gelegen, hadden de afbeelding dier markt, of een zinspeling op 't geen daar verkocht werd, uithangen. Zoo ziet men nog op den hoek der Rosmarijnsteeg een schilderijtje van de Boom- en Bloemmarkt, dat schier onkenbaar is geworden – en ook niet meer herkend behoeft te worden, nu die eenmaal zoo bloeiende en druk bezochte markten zelve verdwenen zijn. Op de Groenmarkt waren er verscheidene, onder andere de Nobele Groenmarkt; bij de voormalige Ossemarkt zag men het Boertje van Schagen en de Liggende Os uithangen, en bij de
Varkenmarkt weleer Spek en Ham.

Pagina 631:
En terzelfde tijde opende een Schagerboer een kroeg bij de Amsterdamsche Ossenmarkt en hing almede zich zelven uit; doch zijn rijm is te gelijk met het oude uithangbord verloren geraakt; terwijl alleen de naam 't Boertje van Schagen overbleef.

Pagina 651:
Voor een luifel te Schagen stond een boer geschilderd, die schreide bij zijn stervende koe, met het bijschrift:

In de Bedrukte Boer

Zie hoe die arme duivel krijt,

Omdat zijn koe op sterven leyt.

Ik wed hij wis zijn wyf wel voor de koe zou geven;

't Wyf doet maar quaet: de koe geeft melk om van te leven.

Pagina 825:
Een hoefsmid te Schagen had het Witte Paard op zijn luifel en daaronder:

In 't Witte Paard worden de paarden haar hoeven met ijser beslagen,

Dat men de menschen dat meê kon doen, zij hoefden dan geen schoenen te dragen.


Het zou alleraardigst zijn te weten wie 't Boertje van Schagen was, wie de Bedrukte Boer en wie de hoefsmid van het Witte Paard.
Het boek 'De Uithangteekens' werd in 1868 uitgegeven door Gebroeders Kraay in Amsterdam. De tekst is integraal te lezen op www.dbnl.org/tekst/lenn006uith01_01/downloads.php.